Belfast

Noord-Ierland, oranjemarsen, IRA, bomaanslagen. Een goedkope ticket vormde de enige aanleiding. Eenmaal onderweg blijkt Noord-Ierland het dubbel en dwars waard te zijn.

Sporen uit het recente verleden zijn vooral in de stad Belfast aanwezig. Twee groepen stonden hier zo’n 50 jaar pal tegenover elkaar. Hoge hekken, gepantserde politievoertuigen, vijandelijke muurschilderingen en graffiti laten weinig aan de fantasie over. De samenleving leeft en woont nog steeds verdeeld. Op 27 februari is bijvoorbeeld het laatste, inmiddels twintig jaar gesloten hek, weer geopend. Vanaf heden gaat deze ’s morgens om zeven uur open en ’s middags om vier uur dicht. Over drie maanden wordt de openstelling geëvalueerd, aldus de Belfast Telegraph.  Zo gaat het overigens nog op veel plekken in de stad. ’s Avonds en ’s nachts gaan de poorten op slot. Er zijn splinters actief die zich niet in het huidige vredesproces kunnen vinden. Terwijl veel Noord-Ieren eindelijk in vrede willen leven, zijn zij nog steeds in oorlog.

Met onze katholieke ‘black-cab driver’ verkennen we de katholieke en protestantse zijde van ‘de muur’. Aan beide zijden vielen slachtoffers, allemaal werden zij helden voor de eigen groep. Het Britse leger ‘stond er tussen’ en Groot Brittannië  hield stand. De katholieken voelden zich onderdrukt en vinden eigenlijk nog steeds dat de Britse bemoeienis moet stoppen. Economisch gezien is het voor Noord-Ierland weinig aantrekkelijk om bij Ierland aan te sluiten. Deze serie met foto’s uit de ’80-jaren geeft een beeld van de manier waarop Noord-Ieren jaren hebben geleefd.  Great Victoria Street, de centrale straat in Belfast waar o.a. Hotel Europa zich bevindt, werd geregeld door aanslagen getroffen. Het stadscentrum was tot de eeuwwisseling ommuurd en checkpoints controleerden auto’s en passanten.

Het Ulster Museum heeft geprobeerd om dit verleden te documenteren in een indrukwekkende tentoonstelling. Daarmee etaleren zij een open wond voor het publiek, maar confronteren ook de inwoners van Belfast met deze zwarte bladzijdes. De rest van het museum is overigens ook zeker een bezoek waard.

Naast (recente) geschiedenis is er in Noord-Ierland veel cultuur en natuurschoon te bewonderen. In een eeuwenoude pub Guinness drinken, lokale gerechten proberen, dansen op Ierse live muziek en het geboorte dok van de Titanic, het is allemaal mogelijk in het compacte stadscentrum van van Belfast waar alles op loopafstand te vinden is. Een Welcome Card voor toeristen is een sympathieke, maar weinig noodzakelijke investering.

Zeker aan te bevelen is de Causeway kustroute. Een traject van 120 mile dat eigenlijk meerdere dagen verdient, maar ook in één dag te bereizen is. Aan dit traject liggen scenic loops, kleinere en smallere weggetjes die wat moeilijker te berijden zijn. Zij tonen prachtige groene velden met stenen wallen, bergen met uitzicht op de oceaan, open vlaktes en natuurlijk Causeway baai zelf.

Deze route is uitstekend op eigen gelegenheid af te leggen, maar voor niet-linksrijders zorgt het eerste gedeelte in Belfast wel voor een uitdaging. Een automaat vereenvoudigt deze exercitie. Zodra de borden “Causeway Coastal Route” verschijnen, gaat het eigenlijk vanzelf. De positie op de weg blijft spannend, maar het is vooral genieten. De extra scenic loops vergroten de route,  maar zijn zeker een must. Alleen de eerste loop rond Islandmagee mag overgeslagen worden.

Terug in Belfast vervolgens het hostel vinden was lastiger zonder navigatie. Drie politieagenten vonden mijn manoeuvre bedenkelijk, ik reed door rood omdat ik anders stil zou blijven staan midden op een kruispunt. Daarom zetten ze ons met hun Land Rover Tangi aan de kant. Zo’n jeep met 3000 kilo bepantsering komt best indrukwekkend over in je achteruitkijkspiegel. Gelukkig waren de heren vriendelijk en legden ze mij met de kaart op de motorkap van hun jeep uit welke route ik moest volgen.

Het verblijf in hostel Vagabonds beviel prima. Even de springveren doorstaan, geen luxe ontbijt verwachten, maar perfect sanitair en vriendelijk personeel met een schat aan informatie en de beste tips, maken het elke pond waard.

Na een avond te hebben gedanst in Fibber Magee’s met heel veel Ieren en twee Nederlandse dames, eindigde onze expeditie in Belfast met een bezoek aan Madden’s Bar. Live muziek gespeeld door locals die gedurende de avond met eigen instrumenten binnen kwamen. Van drie tot uiteindelijk tien muzikanten, zelfs een harp werd binnengedragen. De deur van Madden’s gaat open nadat er op een buzzer wordt gedrukt. Ramen zijn versterkt, camera’s hangen aan de buitenmuur om onwelkome gasten buiten te houden. Het leven van de Noord-Ier, zijn geschiedenis, cultuur en tradities komen in deze pub samen.

Belfast: een verrassende ontdekking en perfect te bereizen met BMIbaby. Van Schiphol naar Belfast City Airport. In 15 minuten sta je midden in het centrum van Belfast, de taxirit kost 13 pond.

+ Geschiedenis, cultuur, goed(koop) eten & drinken (zeker vergeleken met Londen), compact en rustig, weinig tot geen toeristen (kan aan het seizoen liggen).

– Laveloze jeugd, vooral op zaterdag. Het kan nog steeds wat grimmig zijn, getuige deze beelden.